9 april 2022

Afgelopen zaterdag was het weer club! Benieuwd wat we allemaal gedaan hebben? Als eerst luisterde we naar een bijzonder verhaal uit de Bijbel. Het verhaal gaat over Pasen, dat ken je vast wel. Lekker veel chocolade paaseieren eten en zoeken, een extra dagje vrij.. Ben je benieuwd waar Pasen echt mee te maken heeft, lees dan snel verder.

Een paar vrouwen waren op weg. Ze waren verdrietig en bezorgd. Verdrietig omdat Jezus was gestorven en bezorgd omdat Hij in een graf lag met een grote steen ervoor. En wie moest die steen weghalen? Die was veel te zwaar!

Maar wat schrikken ze als ze bij het graf aankomen. De steen is weg en nog erger Jezus is niet meer in het graf! Maria Magdalena één van de vrouwen, gaat Jezus zoeken. Ze zoekt overal, totdat ze de tuinman tegenkomt. Dat denk ze maar als de tuinman haar naam zegt, herkent ze Hem in eens, Jezus! En wat zegt Jezus je zoekt mij op de verkeerde plek, Ik ben niet dood maar Ik leef!

En dit is belangrijk aan Pasen, Jezus stierf aan het kruis zonder dat Hij iets verkeerd had gedaan. En Hij werd weer levend! Dat deed Hij zodat wij alles wat we verkeerd denken, zeggen of doen tegen Hem kunnen vertellen en om vergeving vragen. Misschien heb je dat al gedaan en weet je dat Jezus in jou hart woont en heel dicht bij je is. Dat is fijn! Zeg dan dank u wel Heere Jezus! En luister heel goed naar Hem zodat je Zijn blijdschap in je hart blijft voelen. En vergeet niet andere kinderen over Hem te vertellen!

Dat was een bijzonder verhaal! En daar hoorde ook een spel bij, paaseieren zoeken! En niet zoals je dat misschien al vaak gedaan hebt, bij deze eieren hoorden bij elk ei een stukje verhaal. Daarna deden we een wedstrijd wie de meeste eieren kon vinden. En gingen we lekker naar buiten.

Volgende keer is het Koningsspelen, het beloofd een gezellige ochtend te worden met veel spellen en plezier. Kom je kennis maken met onze club?
Tot snel!

12 maart 2022

Vandaag hebben we nagedacht over iets wat Jezus vertelde, Hij zei: Ik ben de Deur. De deur? Dat is toch gek, vind je niet? Hoe kan een mens nou een deur zijn? Wat is een deur eigenlijk?

Deuren zorgen ervoor dat wij van de ene ruimte naar de andere ruimte kunnen. Wanneer je naar buiten wil (bij lekker weer), moet je door de deur heen. Als je straks naar binnen wil (voor lekker eten), moet je er ook doorheen. Als het heel erg vies is in een kamer dan stap je niet zomaar door de deur, dan moet het wel echt nodig zijn toch? Het maakt dus uit wat er aan de twee kanten van de deur te vinden valt.

Ook heb je symbolische deuren. Als je bijvoorbeeld naar de middelbare school gaat. Je ‘stapt’ als het ware uit de basisschool en neemt de stap om naar de middelbare school te gaan. Het is niet een letterlijke deur waar je doorheen gaat, maar toch stap je in een verschillende wereld.

Jezus zegt: Ik ben de Deur. Hij verteld voordat Hij dat zegt een verhaal aan de Farizeeërs. Farizeeërs waren belangrijk mensen in de stad. Het verhaal gaat net als de vorige keer over schapen. Er is een schaapskooi met allemaal schapen. Bij de schaapskooi is iemand die de wacht houd over de deur. Iemand die niet bij de schaapskooi hoort die probeert stiekem binnen te komen, dus niet via de ingang. Jezus zegt: Hij is een dief. Maar als de Herder komt dan doet de deurwachter de deur open. Als de schapen de stem van de Herder horen, herkennen ze zijn stem en volgen de Herder. Ze volgen de Herder omdat ze Zijn stem herkennen en vertrouwen. Als er een vreemde zal spreken tegen de schapen dan luisteren ze niet, want ze kennen de stem niet van de vreemden. Jezus zegt na dit verhaal: Ik ben de Deur, als je door Mij binnen gaat zal je voor altijd leven. De dief komt alleen maar om te stelen, maar Jezus is gekomen om mensen die verloren zijn te laten leven. Wat betekent dat?

Om het te begrijpen moeten we eerst weten wat er aan de twee kanten van de deur is. Aan de ene kant staat de wereld. We hebben dit jaar ook gehoord over hoe de wereld gemaakt is en waarom er nare dingen gebeuren. In die wereld leven wij nog steeds dat er nare dingen gebeuren, toch? Aan de andere kant van die Deur (die Jezus is) is de Hemel. De Hemel is de plaats waar geen pijn, ziekte of dood meer is. Het is een plek die nooit meer op houd en de plek waar God is.

Op welke plek ben jij liever? Op de plek waar wij nu zijn, of zou je ook naar een plek willen zoals de Hemel?
De Deur waar je doorheen moet om bij God te zijn is Jezus. Wie is Jezus? Wat deed Jezus? Jezus is de Zoon van God en Hij kwam naar de aarde om ervoor te zorgen dat wij weer met God kunnen leven. Wij doen namelijk slechte dingen zoals liegen, niet aardig doen, stelen, boos zijn enz. Al die slechte dingen dat wil God niet dat wij doen. Er moest iemand sterven voor deze slechte dingen en dat heeft Jezus gedaan. Hij heeft al die slechte dingen gedragen aan het kruis en is daarvoor gestorven. Die slechte dingen moeten wij vertellen aan God, zodat we zeggen dat we die slechte dingen echt zelf gedaan hebben en wij er spijt van hebben. God wil je dan vergeven, eigenlijk is dat dat alle slechte dingen die jij gedaan hebt niet meer bestaan voor God. Want Jezus is daarvoor gestorven. Omdat Jezus daarvoor gestorven is kunnen wij door de Deur, die Jezus is, naar de Hemel. Maar is dat dan alleen maar voor de Hemel? Nee Jezus wil jou verkeerde dingen nu al vergeven en je helpen te doen wat God wil. Dat is bijvoorbeeld liefde voor andere mensen hebben, geduld hebben, aardig zijn, eerlijk zijn. God wil je hierbij helpen. Wij hebben Jezus hiervoor nodig.

Na het verhaal deden we een heel leuk spel! We gingen net als schapen gras eten en grassap drinken. Daarna gingen jullie de knuffelschapen zoeken. Al snel vonden jullie de schapen en gingen we snel weer naar binnen, want het spel was nog niet klaar. Juf Petra noemde iets grappigs/leuks op van ieder kind en jullie mochten raden bij wie dat hoorde! En toen was de ochtend alweer voorbij. Maar over 2 weken is het weer club: 26 maart! Kom jij dan ook?

26 februari 2022

Op deze zonnige zaterdagochtend luisterden we naar een verhaal over een herder die zijn schaapjes telde aan het einde van de dag. Hij had er 99, maar hij wist zeker dat hij er 100 had! Er was dus een schaapje kwijt. Snel ging de herder op zoek om dat ene schaapje te zoeken. Het was even zoeken, maar gelukkig zag hij na een tijdje het schaapje. Hij rende er naar toe, pakte het op en legde het op zijn schouders. Zo liepen ze samen terug naar de veilige schaapskooi. Deze herder lijkt op de Heere Jezus. Want Jezus is ook op zoek naar verloren schaapjes! Dat zijn mensen en kinderen die op de verkeerde weg zitten, die verkeerde dingen doen. Gelukkig zoekt Jezus deze verloren schapen op! We zongen natuurlijk ook het lied ‘Jezus is de goede herder’.
Verder knutselden we schaapjes. Je kon kiezen uit een schaapje maken met wattenbollen, of een schaapje maken van een zelfgemaakte pompon. Dat laatste was ingewikkeld, maar het lukte gelukkig. Omdat het zulk heerlijk weer was, voetbalden we nog even buiten. De juffen deden ook erg hun best, maar de kinderen konden het beter dan zij!

De volgende clubochtend is op 12 maart, dan is iedereen weer welkom!

 11 december 2021

Hoe gaat het met je? Nog even en dan is het alweer kerstvakantie. Overal zie je al kerstspullen in de winkels. Op de club zouden we het ook al hebben over kerst. We vinden het jammer dat we nu niet met jullie club kunnen houden. We hopen dat we jullie weer snel mogen zien!

Dit verhaal gaat over een meisje dat van plan was om te trouwen met haar vriend Jozef. Dit meisje heette Maria. En op een dag stuurde God een engel naar Maria. Het was de engel Gabriël en deze engel kwam zomaar haar huis binnen en zei tegen Maria: “Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.” Begenadigd? Maria was verbaasd, wat bedoelde de engel? Bedoelde de engel dat zij bevoorrecht was, dat zij speciaal was? Ze schrok een beetje en ze vroeg zich af wat het allemaal betekende, zijn woorden waren toch wel wat vreemd.
Maar de engel zei: “Wees niet bang Maria, God heeft je zijn gunst geschonken.” Hij bedoelde dat God haar iets goeds zou geven. De engel vertelde aan Maria dat ze een baby in haar buik zou krijgen en dat ze een Zoon zou krijgen, niet zomaar een Zoon, maar de Zoon van God en ze moest hem Jezus gaan noemen. De engel was nog lang niet klaar met vertellen, hij vertelde nog meer, zelfs dat Jezus een groot man zou worden, dat Hij Zoon van de Allerhoogste zou worden genoemd en dat Hij van God een troon zou krijgen. Dat deze Jezus zelfs tot in eeuwigheid koning zou zijn. Tot in eeuwigheid is niet heel eventjes, nee dat is heel lang, dat is voor altijd, dat blijft, dat zal nooit stoppen. Hij zal altijd Koning zijn, hoorde Maria het wel goed? Ze vroeg het de engel, want ze begreep het eigenlijk niet goed: “Hoe zal dat dan gaan gebeuren? Dat kan toch helemaal niet, ik heb wel een vriend, Jozef. En ik wil wel met hem trouwen, maar nu ben ik nog niet getrouwd en ik kan nog helemaal geen kindje krijgen, Jozef en ik willen wachten tot we getrouwd zijn.” “Dit kindje zal geen kindje van Jozef zijn Maria, daar is geen sprake van, dit kindje zal het kind van God zijn. De Heilige Geest zal bij jou komen en de kracht van de Allerhoogste, de kracht van God zal als een schaduw jou bedekken”, antwoordde de engel Maria. Wat een raar verhaal, Maria bleef verbaasd, de Heilige Geest, de kracht van God die net als een schaduw tot haar zal komen? Wat vreemd.
Maar de engel meende het serieus: “Het kindje dat geboren wordt, zal heilig genoemd worden Maria en dat is omdat het de Zoon van God is.” Dan vertelt de engel nog iets heel moois aan Maria, hij vertelt dat haar familielid, Elisabeth ook in verwachting was van een zoon. Elisabeth was al wat ouder en iedereen dacht dat zij geen kinderen kon krijgen en nu zou ze dus toch een kindje krijgen. De mensen dachten dat het onmogelijk was, maar het was dus toch mogelijk. “Ze heeft al zes maanden een baby in haar buik”, vertelde de engel. Bij God is niets onmogelijk, God kan het doen. Maria was blij, ze zei: “Ik wil die Heer dienen, laat het maar gebeuren zoals Hij gezegd heeft.” Dat had ze goed gezegd en zo gebeurde het. God zorgde ervoor dat Zijn Zoon, de Here Jezus ging groeien in haar buik.